Proef 42   Simpele koperspiegel.

januari 2013


Benodigde chemicaliën en spullen:

Proef42a.jpg
De uitgewassen reageerbuis.
Ammoniumchloride (NH4Cl):1 gram
Koperpoeder of -vijlsel (Cu): ½ gram
Duran© reageerbuis:1
Reageerbuishouder of -klem, gasbrander

Voorbereiding:

Voor deze koperspiegel heb je, anders dan in proef 19, geen lastig verkrijgbare chemicaliën nodig. Daarentegen wel een reageerbuis van moeilijk smeltend glas, bijvoorbeeld Duran©. Ook is een hete vlam vereist; een spiritusbrander voldoet niet. Kopervijlsel maak je door wat van een koperen buis of elektriciteitsdraad af te vijlen; ammoniumchloride ofwel salmiak is bij een goede drogist te koop.
Doe eerst het ammoniumchloride in de droge reageerbuis. Daarop komt het koperpoeder zó dat het het ammoniumchloride geheel bedekt. Niet mengen.

Uitvoering van de proef:

Klem de reageerbuis aan het statief schuin vast onder een hoek van ca. 30° t.o.v. de horizon. Verhit de reageerbuis boven de chemicaliën met de gasbrander totdat het glas gloeit. Draai het glas nu wat minder schuin, bijvoorbeeld ca. 60° (zie foto), zodat ook het onderste deel van de reageerbuis wordt verhit. Doe dit totdat je geen verandering meer ziet. Laat rustig afkoelen. Je constateert nu: 1) Bovenin de buis zit witte, vaste stof. 2) Meer naar onderen is de buis rossig, de koperspiegel. 3) Onderin zit nog het restant koper, maar geen ammoniumchloride.

Verklaring:

Wat hier gebeurt, heet een "transportreactie". Dat is een reactie waarbij uiteindelijk de stoffen schijnbaar niet zijn veranderd maar alleen verplaatst. Dat komt dan doordat ze bij hoge temperatuur weliswaar eerst met elkaar reageren en aldus nieuwe stoffen vormen, maar deze stoffen zijn dan vluchtig en verplaatsen zich. Bij afkoeling reageren deze stoffen weer terug tot de oorspronkelijke en worden daardoor zichtbaar op de nieuwe plaats. In de buis gebeurt, van onder naar boven, het volgende. [Wat in rood staat hoort niet bij de vergelijking, zie M.S.] Ammoniumchloride valt uiteen:

Proef42b.jpg
Verhitten.
warmte + NH4Cl  HCl + NH3
Op koper bevindt zich altijd een dun laagje koper(I)oxide. Dat vormt samen met het ontstane waterstofchloride wat koper(I)chloride:
Cu2O + HCl → 2 CuCl + H2O
Het koper(I)chloride vormt op de hete glaswand koper(II)chloride en koper. Zo ontstaat de koperspiegel:
warmte + 2 CuCl  Cu + CuCl2
Terug naar beneden reageert het koper(II)chloride met resterend koper en vormt opnieuw koper(I)chloride:
Cu + CuCl2 2 CuCl
In het bovenste, koudste deel ontstaat weer ammoniumchloride:
HCl + NH3 NH4Cl

Na afloop van de proef:

Restanten kun je uit de reageerbuis spoelen met water. Dat kan gewoon door de gootsteen. Wil je de koperspiegel verwijderen uit de reageerbuis, dan kan dat met wat salpeterzuur (HNO3). De restjes daarvan neutraliseer je met soda (Na2CO3) en dan gaat het in het vat met "zware metalen" t.z.t. naar de gemeentelijke milieustraat.

Nadere beschouwingen van de M.S.

Een reactie die energie nodig heeft, heet endotherm. Een reactie waarbij energie vrijkomt, heet exotherm. Ontstaat die energie uit het niets? Nee, want dan zou de wet van behoud van energie niet meer opgaan. De energie die vrijkomt (bijvoorbeeld warmte en licht) ontstaat uit chemische energie. Het is dus een energieomzetting: de totale hoeveelheid energie blijft gelijk. Bij de endotherme reactie worden de aangevoerde hoeveelheden energie omgezet in chemische energie.
Woorden als warmte en licht horen niet in de reactievergelijking, het zijn immers geen stoffen. Een reactievergelijking heet zo omdat voor en achter de pijl de aantallen atomen (eventueel ionen) gelijk zijn. Je mag boven de pijl wel zetten "endo" (d.w.z. kost energie, endotherm) of "exo" (levert energie op, exotherm):
NH4Cl (s)
endo
  
NH3 (g) + HCl (g)
Je kunt deze proef ook doen zonder koper in de buis. Het witte vaste ammoniumchloride verdwijnt langzaam onder uit de buis waar het heet is. Ammoniumchloride verandert daar in twee gassen die opstijgen.
De beide gassen stijgen niet even snel op. Dit kun je controleren met een strook lakmoespapier. Hang deze boven in de buis tot even boven de plaats waar je verhit. Een deel van de lakmoesstrook wordt rood en een deel wordt blauw. HCl is een zuur en NH3 een base. Het lichtste gas stijgt sneller dan het zwaarste. HCl heeft een molaire massa van 36,45 g mol-1 en NH3 een molaire massa van 17,03 g mol-1. Klopt dit alles met wat je ziet?
Op een koelere plaats vindt de omgekeerde reactie plaats:
NH3(g) + HCl (g)
exo
  
NH4Cl (s)
Dat deze reactie plaatsvindt is veel logischer: er reageert een sterk zuur met een base die volgens Binas, tabel 49 met elkaar moeten reageren. Deze reactie is dan ook exotherm: hij doet het "vanzelf".
De reactie kan dus twee kanten op: het is een omkeerbare reactie. Deze leidt tot een evenwicht: er is wat van de beginstoffen en wat van de eindstoffen. Beide reacties, de heengaande en de terug­gaande, vinden dan even snel plaats. Een evenwichtsreactie geef je met dubbele pijltjes weer:
NH4Cl (s) NH3(g) + HCl (g)
Als je warmte toevoert, gaat de heengaande reactie sneller dan de teruggaande: er ontstaat meer van de gassen. Het evenwicht verschuift naar rechts. Je mag NIET zeggen dat de heengaande reactie sneller gaat en de teruggaande reactie langzamer: beide reacties gaan sneller bij hogere temperatuur! Maar het effect daarvan op de heengaande reactie is sterker. Als je warmte afvoert, gaan ook beide reacties langzamer maar de heengaande reactie meer dan de teruggaande: er ontstaat meer van de vaste stof. Het evenwicht verschuift naar links.
Voor 2 CuCl (s) → Cu (s) + CuCl2 (s) geldt dit allemaal ook. De reactie naar rechts (de heengaande reactie) is een redoxreactie waarbij de reductor en de oxidator gelijk zijn. Zo'n reactie heet een autoredoxreactie. Een andere naam hiervoor is disproportionering. Enerzijds verandert Cu+ in Cu en neemt een elektron op (is dus oxidator, Binas, tabel 48 bij + 0,52) en anderzijds verandert Cu+ in Cu2+ en staat een elektron af (is dus reductor, tabel 48 bij +0,15). Volgens tabel 48 zal deze reactie het doen want de twee Cu+ hebben in de tabel posities ten opzichte van elkaar zoals F2 t.o.v. Li.
Het is dus vreemd dat deze reactie endotherm is en dat de omgekeerde reactie het van nature schijnt te doen. Is het heel heet dan gaat de reactie naar rechts. De buitenkant van de buis is kennelijk heter dan de binnenkant (of je verhit de kopervoorraad minder intens).
Hoe zit het met de hoeveelheden? Stel, er is 5 mmol Cu2O. Dat wordt 10 mmol CuCl. Dit vormt 5 mmol Cu-spiegel en 5 mmol CuCl2 hetgeen terug gaat naar de kopervoorraad en met 5 mmol daarvan reageert tot 10 mmol CuCl. En de cyclus kan opnieuw beginnen. Er is 5 mmol koper vervoerd, de chloride-ionen zijn slechts de vervoerders.

Klik hier voor een (ingekort) filmpje .WMV of hier .MP4    (2'19").