Proef 60 Elektrolyse van een zoutoplossing. |
mei 2013 |
Benodigde chemicaliën en spullen: |
![]() Opstelling bij aanvang. | |
Ged. water (H2O): | 70 mL | |
Ethanol (CH3-CH2OH): | 6 mL | |
Thymolblauw (C27H30O5S) | 6 milligram | |
Keukenzout (NaCl): | 11,8 gram | |
Kaliumjodide (KI): | 6 milligram | |
Zoutzuur (2 M HCl): | 1½ mL | |
Reageerbuizen: | 2 | |
DC-oplader ≥9 V of batterij 9 V: | 1 | |
Elektriciteitsdraad + klemmetjes: | 2 | |
Koolstaven + doorboorde kurken + slangen: | 2 | |
U-buis ca. 150x50 mm ca. 60 mL, erlenmeyer ca. 100 mL, | ||
Statief + klem, bekerglas + roerstaaf, plukje glaswol. | ||
Voorbereiding: |
![]() Na een paar minuten. |
Verklaring:
De pluspool van de batterij onttrekt in de oplossing elektronen aan de chloride-ionen (Cl¯ )
die daardoor atomen worden die chloorgas vormen. Aan de minpool worden elektronen toegevoerd. Er zijn daar
Na⁺- en H⁺-ionen. De natriumionen zijn zwakkere elektronacceptors dan
H⁺ (Binas, tabel 48).
Dus die laatste worden waterstofatomen; zij vormen waterstofgas. Dat zijn de belletjes.
Als de H⁺-ionen op zijn, verandert de kleur van thymolblauw van rood (zuur) naar neutraal (geel)
en gaat vervolgens de reactie bij s.e.p. -0,83 V lopen, waarbij OH¯ ontstaat zodat thymolblauw
blauw kleurt. Aan de anode vernielt (oxideert!) het chloor de indicator waardoor ontkleuring plaats vindt. Na afloop van de proef: Alles kan zonder bezwaar door de gootsteen. |