Benodigde chemicaliën en spullen:
|
Petrischaaltje met platina draden.
|
Ged. water (H2O): | 20 mL |
Natriumsulfaat (Na2SO4·10H2O): |
2 gram |
Platina (Pt) draden Ø 0,5mm / 8cm: | 2 |
Broomthymolblauwoplossing 0,1%: | 1 mL |
Petrischaaltje bijvoorbeeld Ø 7cm / 12mm hoog |
Spanningsbron 9V DC / 200mA |
2 Elektriciteitsdraden met krokodillenklemmen |
Dun plankje ca 11cm x 11cm |
Reageerbuis, roerstaaf. |
Voorbereiding:
|
Neem een vierkant stukje triplex - dik karton kan ook - met zijden van ca 11 cm. Boor midden aan een kant,
1 cm van de rand, twee kleine gaatjes, en doe dat ook aan de tegenoverliggende zijde.
Haal platina draadjes door de gaatjes zoals op de tekening hierboven. Zet het petrischaaltje op het plankje en
buig aan beide zijden de platinadraad tot de bodem van de schaal. Het is beter als de draad de opstaande rand van
het petriglas niet raakt, want door capillaire werking kan er vloeistof weglekken.
Verbind de andere kanten van de platina draden (elektroden) met de (nog uitgeschakelde) spanningsbron
d.m.v. de krokodillenklemmetjes en de elektriciteitsdraad.
Los in een grote reageerbuis circa 2 gram natriumsulfaat(decahydraat) op in wat water en vul aan tot 20 mL. Schenk over
in de petrischaal.
Maak, indien nodig, indicatoroplossing door 10 milligram broomthymolblauw op te lossen in 10 mL ged. water;
doe deze oplossing in een flesje met een druppelpipet.
Uitvoering van de proef:
Voeg met de druppelpipet 1 mL broomthymolblauwoplosssing toe aan de petrischaal.
De oplossing wordt geelgroenig.
Schakel nu de stroom in. Je ziet kleine belletjes aan beide draden in het groene water. Al spoedig verkleurt dit
rondom de draadjes: aan de ene kant wordt het geel, aan de andere kant blauw. Laat dit een tijdje zo doorgaan.
Schakel dan de stroom uit.
Vervolgens roer je alles weer door elkaar en het geheel wordt weer groenig. Je kunt alles weer herhalen door de
stroom opnieuw in te schakelen, eventueel omgepoold.
Verklaring:
Dankzij de ionen in de zoutoplossing kan er een stroom lopen. Aan de positieve pool ontstaat zuurstof en aan
de negatieve waterstof: er vindt ontleding van het water plaats. Zie daarvoor ook
proef 66.
Maar aan de positieve kant ontstaat aldus een overvloed aan H
+-ionen en aan
de negatieve kant een overvloed aan OH¯-ionen. Dus in de omgeving
van de anode wordt de oplossing zuur en bij de kathode wordt die basisch. Dat zie je aan de kleur die de
indicator aanneemt: geel voor zuur en blauw voor basisch.
Als je alles door elkaar roert, neutraliseren het zuur en de base elkaar en alles wordt weer als vanouds.
In plaats van broomthymolblauw is lakmoes of kookvocht van rode kool ook bruikbaar.
Na afloop van de proeven:
De vloeistof kan zonder bezwaar door de gootsteen.